|
|
|
Hoe zit het dan met bidden, geven en vasten?
Voor christenen zijn dat uiterst belangrijke zaken. Wie bijvoorbeeld niet bidt zal zijn geloof verliezen. Jezus wees zelf op het belang ervan (Matteüs 6). Ook wees hij op het gevaar zoiets te gaan doen als een vertoning, om anderen te laten zien hoe goed je wel bent. Dan heb je geen loon bij God, de hemelse Vader, zei hij. Wie bidt om anderen te laten zien hoe vroom hij is of voor zich uit laat bazuinen dat hij aalmoezen geeft, heeft zijn loon al. 'Trek je maar in je huis terug en sluit de deur om te bidden' en geef zo 'dat je linkerhand niet weet wat je rechterhand doet'.
Christenen kennen het bidden, geven en vasten. Zij zien ze echter niet als plichten maar als een uitwerking van het geloof in God en tegelijk als een versterking van het geloof. De manier waarop christenen in hun leven vorm geven aan bidden, geven en vasten, verschilt sterk. Er zijn geen voorschriften hoe vaak je moet bidden, hoeveel je moet geven, op welke manier je moet vasten, enzovoort.
Wat zijn de zuilen van het christelijk geloof?
|
|
|
|
|